Ga naar de inhoud

Voor veel doven en slechthorenden is het noodzakelijk om iemands mondbeeld (de vorm die de mond maakt tijdens het praten) en mimiek te zien, om te kunnen liplezen en interpreteren wat iemand zegt. Veel van hen worstelen tijdens de corona-periode met communiceren, aangezien de mondkapjesplicht ervoor zorgt dat de mond van mensen niet zichtbaar is. Hun gehoorbeperking is niet zichtbaar, wat het probleem nog ingewikkelder maakt. Het resultaat is moeizame communicatie en onbegrip. In deze blog leg ik graag uit hoe doven en slechthorenden dit ervaren en wat mogelijke oplossingen zijn.

Profielfoto van Claire

Claire Meijer

Claire is zelfstandig ondernemer en zet zich met haar bedrijf Klinktprima.nl in voor mensen met een auditieve beperking op de arbeidsmarkt. Ze is zelf doof en woont met haar man en haar zoontje in Helmond.

Sinds 1 december 2020 is het dragen van een mondkapje in onder andere winkels, musea en theaters verplicht. Voor de horende mens zijn de consequenties hiervan te overzien. Maar stel je eens voor dat je als een doof persoon bij de supermarkt afrekent en de caissière (die een mondkapje draagt) stelt je een vraag die je niet kunt verstaan. Of je staat in de rij van de supermarkt en iemand met een mondkapje vraagt of hij erlangs mag. Mag je dan als doof persoon vragen of zij hun mondkapje voor jou willen afdoen, zodat je kunt liplezen?

vrouw op markt met mondkapje

Uitzonderingen van mondkapjesplicht

Op de website van de Rijksoverheid worden uitzonderingen gemaakt voor mensen met een auditieve beperking of een andere medische achtergrond. Minister Hugo de Jonge zegt hierover: “Bij het opleggen van de mondkapjesplicht komt er een uitzondering voor degenen die om medische redenen geen mondkapje kunnen dragen. Maar ook mensen die spreken met of iemand assisteren die vanwege een auditieve beperking moet kunnen liplezen, of vanwege een verstandelijke of communicatieve beperking afhankelijk is van non-verbale visuele signalen, zouden eigenlijk daarvan uitgezonderd moeten zijn.”

Voor de mondkapjesplicht bestaat er dus een uitzondering voor mensen die afhankelijk zijn van non-verbale communicatie, zoals liplezen. Dat betekent dat je je mondkapje mag afdoen, zodat een dove of slechthorende persoon kan liplezen. Mocht een politieagent of een BOA ernaar vragen, dan kan je jouw beperking aantonen door middel van een hulpmiddel (zoals een hoortoestel of cochleair implantaat).

Creatieve alternatieven

zwart mondkapje met daarop de tekst: Ik hoor je niet

Verschillende stichtingen zoeken naar creatieve oplossingen voor dit probleem en adviseren bijvoorbeeld om op je mondkapje een logo dat duidt op doofheid of slechthorendheid te naaien. Mensen zien dan meteen dat je doof of slechthorend bent. Vaak zorgt dit ervoor dat er sneller positief en begripvol gereageerd wordt in supermarkten of andere winkels.

Er zijn ook mensen die een mondkapje hebben gecreëerd met een transparant venster, zodat het mondbeeld zichtbaar blijft voor het liplezen. Het is echt niet duidelijk of deze mondkapjes even betrouwbaar zijn als een normaal mondkapje.

Spatschermen

Ook bestaan er spatschermen. Spatschermen worden vooral gebruikt als extra veiligheid, bovenop een mondkapje, ze mogen eigenlijk niet als mondkapje gebruikt worden. In Gelderhorst, een verzorgingstehuis voor dove ouderen in Ede, mogen de verzorgenden hun mondkapje afdoen en enkel een spatscherm dragen als ze communiceren met de bewoners. Natuurlijk wel op 1,5 meter. Deze regel werd ingesteld omdat in de praktijk bleek dat de communicatie heel belangrijk is met de dove bewoners en verzorgenden daarom vaak hun mondkapje afdeden om begrepen te worden. Het spatscherm is dan een beter alternatief.

Ervaringen van dove en slechthorende mensen

In een Facebookgroep delen een aantal doven en slechthorenden hun ervaringen met de mondkapjesplicht en hoe het hen beperkt in de communicatie:

“Winkelen is geen feest meer met hoortoestellen. Regelmatig moet ik vragen of iemand even zijn mondkapje af wil zetten omdat ik het niet versta. Sinds ongeveer twee jaar draag ik hoortoestellen en heb ik geen zwaar gehoorverlies. Maar soms gaat het echt niet met spatscherm en mondkapje, waar ik van de spraak iets probeer te maken. Niemand bij de overheid en in winkels heeft hieraan gedacht.”

“Ik kom meestal bij dezelfde supermarkt en daar weten ze dat ik ze niet versta. Ik zeg bij de kassa altijd: ik wil pinnen, spaar geen zegeltjes en wil graag de kassabon. Klaar en geen discussie.”

“Helaas voel ik me geïsoleerd. Ondanks dat ik vriendelijk vraag of iemand het mondkapje even omlaag wil doen omdat dat ik doof ben, willen velen dat niet en sommigen doen zo gemeen en asociaal tegen mij met mondkapje op en ik word ook uitgelachen. Dan besef ik dat de komende maanden erg moeilijk worden. Het is zo vermoeiend dat je elke keer moet vragen of medewerkers hun mondkapje omlaag willen doen.”

Veel doven en slechthorenden hebben het erg moeilijk met de gevolgen van de mondkapjesplicht. Ze voelen zich bij in verschillende situaties niet op hun gemak en soms zelfs geïsoleerd.

Meisje in supermarkt met een mondkapje op

Mijn eigen ervaring

Bij de supermarkt is het inderdaad lastig om met een medewerker of caissière te communiceren als ze hun mondkapje op hebben. In het begin van de corona-periode hadden sommige medewerkers bij de supermarkt transparante mondkapjes op, waardoor ik hun mondbeeld kon zien en ze makkelijker kon verstaan. Ook ben ik goed geholpen bij Pearle in mei, door een medewerker die speciaal voor mij als dove klant een spatscherm opdeed in plaats van een mondkapje. Het is fijn als winkelmedewerkers hun best doen om de dove en slechthorende klant hierin tegemoet te komen.

Helaas zijn sinds 1 december het plastic mondkapje en het spatscherm verboden. Daarom zeg ik tegenwoordig bij de supermarkt tijdens het afrekenen van mijn boodschappen direct dat ik geen spaarzegels wil, maar wel graag een bon. Dan is het meteen duidelijk voor de caissière.

Ik probeer me neer te leggen bij de corona-maatregelen en de mondkapjesplicht. Het is vervelend, maar ik kan er wel mee omgaan. Mocht het nodig zijn, dan kan ik altijd nog mijn mobiel gebruiken om te communiceren, door iets te typen. Ik ga nauwelijks met het OV en ik ga ook weinig naar de stad, dus in mijn geval is alleen de supermarkt soms ingewikkeld. Ik heb zelf niet echt het gevoel dat het mijn dagelijks leven belemmert. Tegelijkertijd heb ik begrip voor de doven en slechthorenden die dat anders ervaren.

Het positieve is dat het maar tijdelijke maatregelen zijn. Zolang wij ons houden aan de maatregelen en er gevaccineerd wordt, zullen wij het coronavirus uiteindelijk bestrijden en komt hopelijk het ‘normale leven’ terug. Een leven waarin mondkapjes in publieke ruimtes en het OV niet meer nodig zijn. Zodat je ook als auditief beperkte weer makkelijker kunt communiceren.

Tips om te communiceren met doven 

Wil je weten hoe je het beste kunt communiceren met de dove mens in deze tijden? Dovenschap, een belangenbehartiger voor doven en slechthorenden, maakte een flyer waarin ze een aantal praktische tips geven.