1.4.11 – Contrast van niet-tekstuele content (WCAG) | Niveau AA

Componenten van de gebruikersinterface en functionele grafische objecten hebben een contrastverhouding van minimaal 3,0:1.

Dit criterium heeft als doel dat slechtziende gebruikers ook in staat zijn om belangrijke niet-tekstuele content te onderscheiden en dus te gebruiken. 1.3.11 is vergelijkbaar met 1.4.3 Contrast (minimaal), maar heeft betrekking op niet-tekstuele content.

De groep niet-tekstuele content is op te delen in twee groepen: componenten van de gebruikersinterface en grafische objecten die essentieel zijn voor de informatie die wordt overgebracht. Voorbeelden van componenten van de gebruikersinterface zijn (randen en achtergronden van) knoppen, (randen van) invoervelden en de gekleurde onderstreping bij hyperlinks.

Wat te doen

Zorg dat de contrastverhouding tussen grafische objecten en componenten van de gebruikersinterface in vergelijking met de achtergrondkleur ten minste 3,0:1 is.

Het is ook mogelijk om gebruikers zelf een alternatieve weergave van de website met hoger contrast in te laten stellen. Hiervoor is een knop of link op iedere pagina vereist.

Tips

  • Indien je geen wijzigingen aan de huisstijl wilt doen, is een contrast-switcher ook voldoende om aan dit criterium te voldoen. De voorwaarde hiervoor is dat de knop/link op iedere pagina zichtbaar is.

Uitzonderingen

  • Componenten van de gebruikersinterface die inactief zijn
  • Componenten van de gebruikersinterface waarvan de gebruiker de weergave bepaalt